De loopband

De hondenloopband. Het brengt een aantal mooie herinneringen bij ons terug. Alleen al om deze reden zou een hoofdstuk niet mogen ontbreken op deze website.

 

Max en zijn stopwatch

Alsof het de dag van gisteren was, ik zie in gedachten mijn vader Max nog steeds in zijn stoel, in zijn rechterhand een boek (9 van de 10 x een oude USA Amstaff “annual”), en in zijn linkerhand een oude degelijke “Hanhart” stopwatch (Welke Max al in zijn bezit had vanaf de tijd dat hij ons coachte tijdens de veelvuldig bezochte judowedstrijden in onze jeugd). En daar zat hij dan. Met voor zich 3 treadmills op een rij, zijn honden te trainen…

 

Gebruik van de loopband

Een andere reden om over dit onderwerp te schrijven is het uiten van onze bezorgdheid over het feit dat veel mensen dit geweldige hulpmiddel op een totaal verkeerde manier gebruiken.
Er kunnen duizend-en-een redenen zijn om een loopband te gebruiken in het trainingsprogramma van uw hond. Dit kunnen redenen zijn zoals het weer, hulp bij het verminderen van angst van de hond, het opbouwen van vertrouwen, revalidatie, etc. etc.

We zullen hier maar twee punten aanhalen, 2 hoofdredenen voor onszelf waarom we een hondenloopband gebruiken in ons trainingsprogramma.
1. Het perfectioneren van het gangwerk van de hond
2. Het in conditie brengen/houden van de hond
Tenslotte geven we enkele praktische tips en hoe u uw hond het gebruiken van een loopband aan kunt leren.

 

1. Het perfectioneren van het lopen van uw hond.

 

Gangwerk

De rasstandaard zegt het volgende over het gangwerk van de American Staffordshire Terrier:
“Het gangwerk van de American Staffordshire Terriër moet veerkrachtig zijn zonder te rollen of telgang.”

Het gangwerk van een Amstaff zou wendbaar en sierlijk moeten zijn. Het is een veerkrachtig gangwerk welke het aangeboren zelfvertrouwen van het ras uitdrukt, een gangwerk wat er uit ziet alsof het tot stand komt zonder enige moeite en daarnaast een onvermoeibare indruk achterlatend.
Er is geen verspilde beweging waar te nemen, geen “hackney” actie (een typische beweging die we zien wanneer een paard zijn voorbeen optilt en daarbij een knikkende beweging maakt in zijn pols).

De Amstaff draait zijn poten niet naar binnen, noch naar buiten. Zijn goed gewelfde voeten, gematigde hoekingen, krachtige spieren en zijn algehele goede fysieke conditie zouden hem moeten voorzien van dit veerkrachtige gangwerk.
Dit veerkrachtige gangwerk is een gevolg van, naast dat het een atletische hond is, een stabiele gemoedstoestand. Het zou lichtvoetig moeten zijn en geprepareerd zijn voor elke confrontatie.

Naar mijn bescheiden mening worden de eerste fundamenten gelegd door de fokker van de hond. De fokker zou er zorg voor moeten dragen dat deze een hond “creëert” welke in staat is om al het bovenstaande te verwezenlijken.

 

Bijsturen

Vervolgens, als we de loopband op de juiste manier zouden gebruiken, zullen we in staat zijn om het gangwerk van de hond bijna tot in de perfectie “bij te sturen”. Ik maak hier bewust gebruik van de woorden “bij te sturen” omdat een (aangeboren) belabberd gangwerk, uiteindelijk een belabberd gangwerk zal blijven. Het is namelijk een onmogelijke opgave om met een loopband structurele veranderingen aan het skelet, aanhechtingen en spieren aan te brengen.

Een harmonisch gangwerk bestaat uit een perfect samenspel tussen het skelet, de spieren, de voor-en achterhand en het zwaartepunt van het lichaam.

 

Weten hoe het gangwerk hoort te zijn

Wat we met de loopband wel proberen is om de hond een routine, een automatisme aan te leren. Een vereiste is dat we eerst moeten begrijpen hoe het gangwerk van een hond exact in elkaar steekt, en hoe het gangwerk daadwerkelijk zou moeten zijn.
Wij zien vele American Staffordshire Terriers welke zich op spectaculaire wijze voortbewegen. Maar uiteindelijk niet met het/dat specifieke gangwerk welke een Amstaff zou moet bezitten.
Hondenbeweging vereist inzicht in de gecoördineerde structuur aan de voor- en achterzijde van de assemblages.
Ik ga u hier niet vervelen met alle verschillen in de verschillende bewegingen, en de bewegingsfouten welke er zijn, noch zal ik te veel in detail ingaan op de autonomie van de hond. Er is meer dan genoeg literatuur geschreven door deskundigen die dit alles tot in het kleinste detail uitleggen.

 

Perfect gangwerk

Bij een perfect functionerend gangwerk, en wanneer de hond van je weg loopt, en kijkend naar de hond, moeten de voorpoten en de achterpoten parallel aan elkaar blijven.
Bij het bekijken van het gangwerk, wanneer de hond naar ons toe gelopen komt zouden de voorpoten parallel moeten blijven, waarbij de ellebogen en voeten niet naar binnen of buiten mogen bewegen.
Van achteren gezien moeten de kussens van de voetzooltjes zichtbaar zijn wanneer de achterpoten worden uitgestrekt.
Naarmate de snelheid toeneemt, zullen de voor- en de achterhand convergeren naar de middellijn van de zwaartekracht. Van opzij gezien moet de bovenlijn, de toplijn, van de hond stevig en vlak blijven, niet op en neer bewegen of van links naar rechts rollen.

 

Gematigd bewegingsbereik

Een goed gematigd bewegingsbereik aan de voorkant zorgt ervoor dat de voorpoot zich in een lijn gelijk met de neus kan uitstrekken. De breedte tussen de voorpoten, als deze uitgestrekt zijn, moeten ongeveer gelijk zijn aan de breedte tussen de achterpoten bij uitstrekking, wat wijst op een goed evenwicht, een gebalanceerd gemiddeld goed bereik, en zijn achterpoten moeten de hond daarbij krachtig voortstuwen.
Zijn gangwerk zou sporen in 2 lijnen moeten achterlaten, dit in plaats van 3 of 4 sporen.
Sleutelwoord in dit alles is het woord gematigd. Zijn voeten blijven dicht bij de grond, efficiënt en toch veerkrachtig met een gecontroleerde kracht.

 

Fouten waarnemen

Wanneer u een getraind oog heeft, zoals een keurmeester of een fokker, zult u de fouten in het gangwerk van de hond kunnen waarnemen wanneer deze in beweging is. Een andere manier om eventuele fouten (of deugden) op te sporen is om het gangwerk van de hond zelf op te nemen en deze later in slow motion af te spelen.
Keurmeesters beoordelen het gangwerk in de showring op drie manieren, van opzij, van voren, en van achteren. Dit is de traditionele manier welke gebruikt wordt om de fouten en deugden van het gangwerk van een hond te onthullen.

 

Relatie met de loopband

Hoe kunnen we al deze informatie nu weer terugkoppelen in relatie tot de loopband?! Heel eenvoudig.
Elke hond heeft een bepaalde specifieke snelheid waarbij zijn gangwerk het beste tot uiting komt. Het is prioriteit om allereerst deze perfecte snelheid voor uw eigen hond vast te stellen. De snelheid is onder andere afhankelijk van de grootte, het gewicht, de lengte en de anatomie van de hond.
Het gangwerk waarmee een hond geshowd wordt op een show wordt de draf genoemd.

 

Telgang

We willen geen telgang.
Wat is een telgang? De telgang is een gang waarbij de hond gelijktijdig eerst het linker voor-en achterbeen naar voren beweegt en daarna het rechter beenpaar. Het linker en rechter beenpaar doen hetzelfde maar steeds met een halve fase verschil. De telgang kan met en zonder zweefmomenten voorkomen afhankelijk van de snelheid waarmee de hond zich voortbeweegt. De zuivere telgang wordt in de Amerikaanse literatuur ‘pace ‘genoemd.

Op tentoonstelling wordt de hond in draf/kruisgang geshowd. De telgang is de meest efficiënte manier van voortbewegen voor een hond, en wordt voornamelijk gebruikt vanwege vermoeidheid of een lichamelijke zwakte.
Een uitstekende video om uit te leggen wat de verschillende soorten gangwerken zijn, is de volgende video;
https://vimeo.com/215637283

De gewenste draf, welke voor ons momenteel belangrijk is, kunt u zien vanaf seconde 52, een voorbeeld van de telgang kunt u zien vanaf seconde 37. Aan het eind van de video worden de verschillende bewegingsvormen nogmaals in 1 beeld herhaald, hier kan men duidelijk het verschil zien tussen de telgang en de draf.

 

Rollend gangwerk

Daarnaast willen we ook geen rollend gangwerk zien. We zien hier een schommelende beweging van het lichaam, waardoor de indruk ontstaat dat de hond zich deinend voortbeweegt. Bij sommige rassen kan dit gebruikelijk zijn (Pekinees), maar in het geval van een American Staffordshire Terriër mag dit absoluut niet het geval zijn.
Structurele fouten zoals een niet goed functionerend, een niet goed aansluitend, heupgewricht kunnen ertoe leiden dat een hond gaat “rollen”, maar ook overgewicht of een gebrek aan lichaamsbeweging kan hier debet aan zijn.
Het is een beweging vaak veroorzaakt door de zwakke lendenen en het onvermogen van de achterhand om te veren. Een jonge hond welke hier last van heeft ziet dit euvel vaak verdwijnen naarmate de hond volwassener, en de structuur van de hond steviger wordt.

Ook voor een Amstaff wordt het gezien als een gebrek, wanneer de hond niet voldoende “drive” vanuit de achterhand tentoonspreidt, een onvoldoende strekking van de voorpoten, of dat de hond een “krabbend” gangwerk heeft.
Hierbij beweegt het lichaam in een hoek ten opzichte van de looprichting. De benaming is gebaseerd op de manier waarop een krab zich voortbeweegt. Dit krabben gebeurt meestal wanneer de voor- en achterpoten elkaar raken. De hond gaat dan het gangwerk proberen te corrigeren, met dit als resultaat.

 

Perfecte snelheid

En tenslotte wat ons nu rest is het bepalen van de perfecte snelheid voor het lopen van uw hond op de loopband. Waar we naar op zoek zijn is de draf. Ik heb gemerkt dat de perfecte snelheid voor onze teefjes op de loopband rond de 5 tot 6 km per uur ligt, en dat de grotere reuen tot bijna 7 km per uur kunnen lopen. Ook hier kan het van hond tot hond verschillen.
Door de hond regelmatig op zijn perfecte snelheid te trainen, wordt er een automatisme voor de hond gecreëerd. Eenmaal in de showring, en op de juiste manier voortgebracht, zal de hond zich automatisch de snelheid oppikken waarop hij al deze tijd getraind is.

 

2. Het in conditie brengen/houden van uw hond

 

Trainingsschema

Vanaf het moment dat uw hond getraind is om de loopband op de juiste manier te gebruiken en zich daarnaast comfortabel voelt om deze op de optimale snelheid te gebruiken, kunt u een trainingsschema gaan opstellen voor uw hond.

 

Trainingsintensiteit

Beschouw het als het zelf naar de sportschool gaan. Ieder mens heeft een andere intensiteit van training nodig, en zijn of haar lichaam reageert anders op een trainingssessie. Exact hetzelfde geldt voor uw hond.
We hebben getrainde honden welke na 15 minuten echt genoeg hebben gehad, en aan de andere kant zien we honden welke na 45 minuten nog steeds niet moe zijn, en waarbij we moeite hebben om ze van de loopband af te krijgen.

 

Opbouwen intensiteit

Bouw de intensiteit in ieder geval stapje voor stapje op. Wij raden aan om te starten met een 5 minuten sessie en deze sessies wekelijks te verhogen met steeds weer 5 minuten. In eerste instantie een training om de andere dag.
Dus 1 dag training gevolgd door 1 dag rust. Als de hond eenmaal goed getraind en gewend is, dan kan de loopband vast onderdeel uit gaan maken van een dagelijkse routine. Trainingssessies kunnen dan oplopen tot 30 à 40/45 minuten.

 

Warming up en cooling down

Gebruik minstens 5 minuten als “warming up” en “cooling down”. U kunt gebruik maken van intervalroutines. Schrijf uw routine op, observeer uw hond, weeg uw hond, pas de training aan als het nodig is, en perfectioneer de training.
Gouden regel is rust. Rust is minstens zo belangrijk als de training zelf.
Uiteraard is het begrijpelijk dat een goede training hand in hand gaat met een goede kwalitatieve voedselinname. Gebruik daarnaast nooit een loopband vlak nadat uw hond heeft gegeten.

 

Enkele praktische tips om uw hond op een loopband te leren lopen

 

Geduld

Geduld is een schone zaak. Als het allemaal een beetje mee zit kan uw hond al binnen enkele minuten een loopband gebruiken. Gebruik nooit te veel kracht, probeer stress te vermijden, en draag er zorg voor dat er geen panieksituaties ontstaan.

Voor ons zelf heeft het de voorkeur dat de loopband al in beweging is als er een eerste kennismaking met de band is. Uiteraard dit in het laagst mogelijke tempo. Een tempo waarbij er minimaal geluid is. Vervolgens hebben we de hond aan de leiband en met minimale kracht/druk leiden we de hond naar voren in de richting van de loopband. Wij zelf staan naast, voor de hond.
We verminderen deze kracht wanneer we zien dat de hond zich ongemakkelijk voelt. Het is een soort samenspel tussen hond en mens, waarbij de hond het gevoel moet hebben dat deze op ons kan vertrouwen.

De hond zal op een gegeven moment zijn poot op tillen om op de loopband te stappen. Belangrijk is de timing van het uitoefenen van druk, en het laten vieren van de leiband.
Nogmaals, de hond moet begrijpen dat u er bent om hem te helpen en te ondersteunen bij deze uitdagende oefening.
Zodra de hond eindelijk op de loopband stapt, gebruikt u de leiband om de hond recht op de band te laten lopen.

 

Snelheid verhogen

Nu de hond alle 4 de poten op de loopband heeft is het zaak om de snelheid zo snel mogelijk te verhogen. Als de snelheid te laag is, zal het zeer onnatuurlijk aanvoelen voor de hond. We moeten dus de snelheid zo snel mogelijk opvoeren totdat we zien dat ze comfortabel lopen.
Als de hond zich eenmaal op zijn gemak voelt op de band, laat ik de riem een beetje vieren zodat de hond zich langzaam maar zeker naar het achterste deel van de loopband verplaatst. Vervolgens laten we de hond net niet van de loopband glijden, maar laten we de hond voelen en aftasten waar precies de grens is van de loopband.

De eerste keer begeleidt u de hond met de riem weer terug op de band. Maar u zult zien dat er een moment komt dat de hond zichzelf zal reguleren en corrigeren. Als er nu paniek zou ontstaan, dan zou ik de hond eraf laten springen en het hele voorgaande proces opnieuw herhalen.
Maar normaal gesproken, als de hond loopband getraind is, laten wij deze nooit op of af springen terwijl de loopband in beweging is.
En tenslotte, nadat de loopband uitgezet is, begeleiden we de hond weer van de loopband af. En zit de eerste kennismaking erop.

 

Speelgoed en lekkers of juist niet?

De ervaring heeft ons geleerd dat het gebruik van speeltjes en lekkers niet de juiste manier was om een loopband te introduceren. Wij zagen in de meeste gevallen dat er te veel focus werd gelegd op deze items door de honden, waardoor de loopband pas op een tweede plan kwam voor de hond.

 

Tuigje of riem?

Persoonlijk vind ik het ook niet prettig om een tuigje voor de hond, in combinatie met de loopband te gebruiken, ik heb het gevoel dat het bij sommige honden de bewegingsvrijheid kan beperken, of irritatie kan veroorzaken.
Daarnaast vind ik het makkelijker om kleine correcties te geven met een riem, en gebruik daardoor het grootste deel van de tijd voor loopband training een gewone (show)riem.

 

Belonen

Na de “cooling-down ”is het van groot belang om met de hond te spelen, of een andere favoriete activiteit samen met uw hond te beoefenen. De hond zal daardoor uiteindelijk een positief verband leggen dit in combinatie met het gebruik van de loopband.

 

Welke loopband?

Onze persoonlijke voorkeur gaat uit naar een computergestuurde loopband waarbij de snelheid traploos ingesteld of aangepast kan worden. Ik kan me nog goed herinneren dat we jaren en jaren geleden standaard, mechanische loopbanden hadden waarbij de hond de band zelf in beweging moest brengen. In 9 van de 10 gevallen was het moeilijk of onmogelijk om de honden op exact de juiste snelheid te laten lopen.
De hond rende vaak veel te snel, waardoor er meer schade (qua gangwerk) werd aangericht dan goed was voor de hond.
Of in veel gevallen wilde de hond helemaal geen gebruik maken van de loopband.

Er zijn tegenwoordig ook niet gemotoriseerde loopbanden in de handel welke soort ingebouwde rem hebben, noem het een snelheidsbegrenzer. Dat maakt dat de hond deze rem vaak als uitdaging ziet, en alles in het werk zal zetten om met kracht deze rem proberen “uit te schakelen”. Dit kan weer resulteren dat er een onnatuurlijk, niet gewenst gangwerk gecreëerd wordt.
Door de jaren heen hebben al deze niet gemotoriseerde loopbanden plaats gemaakt voor uitsluiten gemotoriseerde loopbanden in onze kennel.

 

Gebruiken van een hellingshoek

De door ons gebruikte loopbanden zijn ook voorzien van de mogelijkheid om deze loopband in te stellen op een bepaalde hellingshoek. Daar kunnen wij heel kort over zijn. Wij gebruiken deze functie zelden tot nooit.
Deze houding geeft veel kracht op de onderrug en heupen van uw hond. Voor de mens kan alles boven een continue helling van 7% leiden tot achillespees- en rugklachten. Alhoewel uw hond structureel anders is dan u, kan het langdurig trainen bij (extreme) hellingen leiden tot overbelasting en blessures. Vooral wanneer er sprake is van een zwakke rug of zwakker gestel van het dier.

Hoewel het in sommige gevallen belangrijk kan zijn om de kracht, de drive, van de achterhand te vergroten, is het ongewenst de hond de hele training op een loopband te laten lopen waarbij er een hellingshoek is ingesteld. Het heeft onze voorkeur om de snelheid te verminderen en alle belangrijke spieren van de achterste ledematen en de onderrug gericht te trainen.

 

En tot slot, laat uw hond nooit onbeheerd achter op een loopband.
Share This